De Jeugd van Tegenwoordig – Jelle Verleng

Wat ik mij bij deze serie voorstel is dat een ‘jeugdige’ karpervisser wat over zijn visserij vertelt. Met mijn 19 jaar reken ik mijzelf wel tot deze groep. Vandaar dat ik een overzichtje heb geschreven van mijn afgelopen jaren. Seizoenen van verpulverde records, mooie momenten, veel plezier en keiharde blanks.
Ik vis nu ongeveer 5 jaar gericht op karper. In het begin vooral met de pen, en later voornamelijk met vastloodsystemen. Het voorjaar is voor mij altijd een ongeduldige bezigheid. Ieder jaar hoop ik dat het water sneller opwarmt dan werkelijk gebeurt en ik ben er ook altijd te vroeg bij. Met andere woorden; ik begin meestal ‘blankend’ aan het nieuwe seizoen.
De eerste successen van het jaar zijn voornamelijk met de pen. Voor mijn deur ligt een vrij uitgebreid systeem van slootjes die kriskras door de woonwijk heen lopen. Hier ving ik ooit mijn eerste karper, en ik ken het watertje inmiddels op mijn duimpje. Er huist een prachtig bestand aan met name schubkarpers. De meeste van deze vissen zijn dan wel vrij klein, maar 100% puntgaaf en de beleving speelt voor mij ook altijd een rol. Wetende dat ik als enige jacht maak op deze karpers, beschouw ik dit stuk als een soort privédomein, wat het dan ook weer “mijn” vissen maakt.
Eén van mijn met de pen gevangen karpers.
Op een ander watertje, waar ik eigenlijk mijn meeste uurtjes maak, had ik mijn zinnen gezet op een two-tone schubkarper van rond de 28 pond. Al jaren probeer ik het beest te vangen maar tot nu toe helaas zonder resultaat. Echt targetvissen wil ik het niet noemen en er zwemmen nog zat andere mooie vissen rond. Ik kan er erg van genieten om in een stadsomgeving te vissen, er gebeurd altijd wel wat en er zijn vaak mensen die een praatje komen maken. Het bestand kent een aantal prachtige vissen en het zal nog wel even duren voordat ik alle parels ertussenuit heb gekaapt.
Aan mooie vissen niets te klagen.
Eenmaal ben ik toch erg in de buurt gekomen bij mijn doel. Ik zat een keer lekker te vangen en besloot na 5 vissen om Feyenoord te gaan kijken. Op het moment dat ik wilde gaan inpakken kwam mijn collega (en later vismaat) van de Albert Heijn aanfietsen met zijn karretje en nam de stek over. Uiteraard ving hij 3 uur later mijn target… Tja, zo is het nu eenmaal en zolang ik zijn target, een steur, al drie keer heb gevangen blijft er altijd sprake van een zekere competitie.
De steur, ik ving hem hier voor de 3e keer.
Buitenlandse sessies zijn relatief nieuw voor mij maar ik geniet er niet minder om. Op de Spaanse rivier kreeg ik het voor elkaar om in 1 dag 2 records te doen sneuvelen. Namelijk een meervalrecord van 2 meter 3, en een nieuw record schub van 37 pond in één klap naar 54, I love it! Jammer dat er nog zo weinig meerval zwemt in Nederland, want anders zou ik daar toch zeker proberen werk van te maken.
Mijn recordmeerval van 2.03 cm.
Eén van de schubkarpers van onze Ebro sessie.
’s Winters vis ik tegenwoordig niet meer zo veel op karper. Of ik doe iets fout, of het is gewoon niet mijn stijl, anyways, het rendement ligt mij te laag. Daarom ga ik in de winter ‘vreemd’ en verruil ik mijn karperstokken tijdelijk voor een stevige spinhengel en ga met kunstaas en dood aas achter de snoeken aan. De laatste jaren zeker met succes.
Mijn recordsnoek, hartje winter gevangen.
Ik zei het eerder al, sfeer speelt voor mij een belangrijke rol. Niet dat ik te beroerd ben om vroeg uit mijn bed te komen maar stekken racen is niks voor mij en ik geef er de voorkeur aan mijn eigen gang te kunnen gaan. Als ik ingebouwd zit tussen de bivvy’s voel ik mij beperkt. Daarom vermijd ik meestal drukbeviste stekken zoals bijvoorbeeld het Lage Bergsche Bos en de Kanovijver. Daar zwemmen weliswaar mooie vissen rond maar het heeft voor mij niet echt de charme.
Dit is de sfeer die ik op druk beviste putten mis.
Vandaar dat ik me de laatste tijd wat meer verdiept heb ik het vissen op rivieren, vaarten en uiteraard op het slotenstelsel voor mijn deur. Dat er echter ook op een serieuzere manier gevist kan worden op dit water bedacht ik me later pas. Met wat ‘Rainbow achtige praktijken’ kan er ook in de woonwijk statisch gevist worden. Ik ben bezig om het bestand in kaart te brengen en reken er op dat wel verassingen aanwezig kunnen zijn.
Dat vind ik nu juist het leukste aan het karpervissen, alles zelf onderzoeken en uitproberen. Als het dan uiteindelijk lukt om een mooie vis te landen geeft dat een onbeschrijfelijk gevoel.
Urban-karpervissen to the max!
Door een voerplek op te bouwen hoop ik de grotere vissen te kunnen benaderen. Zo gezegd zo gedaan en de tijgers vliegen in het rond. Na een paar dagen voeren wordt het wel tijd om de stek af te romen. De vissen kennen geen lijndruk dus een basic montage volstaat. Na een paar avonden pieperen komt dan toch mijn verassing eruit. De stek is zo krap dat ik in mijn waadpak op een emmer zit, ik heb dus geen weegschalen etc. meegenomen. Ik geef de vis ergens in de mid-twintig en hoop deze over een paar jaar nog eens te kunnen vangen. Wat een beauty!
Wat een beauty!
Dit is zo ongeveer hoe ik mijn vistijd probeer te besteden, zo veel mogelijk vangen en telkens het bekende water afwisselen voor wat nieuws, op jacht naar die ene bijzondere vis.
Tight Lines!